De slaaptrek van vogels fascineert mensen. Gemeenschappelijke
slaapplaatsen met zwermen vogels zijn een bijzonder schouwspel. Of het nu zwanen,
ganzen, kraanvogels, meeuwen, kraaien of spreeuwen zijn. Er zijn ook roofvogels
die bij elkaar slapen, zoals de kiekendief.
Gemeenschappelijke slaapplaatsen zijn kwetsbare plekken die
goed beschermd moeten worden. In het Fochteloërveen zijn slaapplaatsen gevonden
van bruine en blauwe kiekendieven. Blauwe kiekendieven zijn er van september
tot eind april. Het aantal piekt meestal aan het eind van de winter, in
februari.
Blauwe kiekendief (man) overdag
op jacht in het landbouwgebied
Aantal en sekse
In 1997-2011 is een sterk wisselend aantal slapers geteld in
het Fochteloërveen, met een maximum van 18 in februari 2000. In februari 2014 wordt
het maximum ooit geteld met 23 slapers.
In 2018 is van 12-28 februari het aantal slapers elf keer
geteld. Er zijn maximaal 21 blauwe kiekendieven gezien. Hiervan was 82% volwassen
man, of bijna volwassen man. De overige 18% zijn vrouwen en onvolwassen mannen
die met de verzamelnaam “ringstaart” worden aangeduid, omdat ze lastig op
geslacht zijn te brengen in de schemering en vanaf grote afstand.
Slaapplaats op de
grond
Na een paar dagen speuren is de exacte locatie van de
slaapplaats bekend. Blauwe kiekendieven die vroeg in de avond op de slaapplaats
komen, gaan op de grond zitten of in een struikje, maar kunnen ook lang, laag boven
de vegetatie blijven vliegen.
Af en toe volgt een stootduik naar een soortgenoot of is er een
conflict met een andere roofvogel. In februari 2018 was een ringstaart in
conflict met een biddende ruigpootbuizerd in de buurt van de slaapplaats.
Onderweg naar de slaapplaats wordt ook gejaagd. Kleine zangertjes
worden achterna gezeten of de kieken duiken
op iets wat uit zicht blijft. Vogels die van ver komen, vliegen hoog het
wetland in. Uiteindelijk zoeken ze elkaar op in de schemering en verraadt het lichte
verenkleed hun aanwezigheid.

Blauwe kiekendief
onderweg naar de slaapplaats, maart 2018
Het langdurig zwermen is vooral te zien als er een toename is
van het aantal slapers. Vanuit de lucht wordt de slaapplaats geïnspecteerd en
zijn er schermutselingen onderling. Een havik die over de slaapplaats vliegt, heeft
tot gevolg dat de mannen hoog gaan vliegen, ver buiten het bereik van de jager.
Een namiddagbezoekje van een zeearend valt samen met het laagste aantal van
drie slapers.
Mist en sneeuw maken het tellen op twee teldagen lastig. Naarmate
de schemering invalt, zoeken de vogels de slaapplaats op. Ze vliegen er een
tijdje boven of gaan linearecta naar de slaapplek en vallen in. Dat geldt ook voor
laat arriverende kieken. Een typisch duikje is het laatste wat je ziet. Tijdens
tien tellingen werden 11-21 kieken geteld.
Ringstaart in conflict
met ruigpootbuizerd
Kiekenmenu
De slaapplaats ligt in slecht begaanbaar, nat gebied. De
kieken slapen op de grond. De droge delen met pollen pijpenstro en struikheide bieden
dekking en dat is niet verkeerd als je denkt aan de felle kou van in februari en
maart 2018.
Vriesweer en een bevroren slaapplaats maken de slaapplaats ook bereikbaar
voor mij; een uitgelezen mogelijkheid om braakballen te verzamelen. Witte poepstrepen,
donsveertjes en een braakbal zijn aanwijzingen van een slaapplek. Het duurt
even, maar dan wordt de ene na andere slaapplek gevonden. Zo zijn ruim honderd slaapplekken bekeken en de
braakballen verzameld. Op de meeste slaapplekken lag één braakbal.

Slaapplek blauwe
kiekendief in dekking achter struikheidepol Fochteloërveen, februari 2018
De vondst van een paar poepstrepen en een braakbal van een
blauwe kiekendief geeft een euforisch gevoel. Anderen hebben dat bij het pluizen
van braakbal, zoals Janco Mulder die de braakballen heeft uitgeplozen.
Wordt
vervolgd.